Instellingen van het apparaat

1. Houd de [SRC]-toets gedurende 1 seconde of langer ingedrukt om de geluidsmodus UIT te schakelen.

1. Druk op de [SCREEN AV/NAV]-toets om het audioscherm op te roepen.

1. Houd de [CTRL]-toets gedurende minstens 1 seconde ingedrukt.

Geluid voor aanwijzingen inschakelen

Schakel “Enable guide tone” in of uit. Indien ingeschakeld , hoort een begeleidingsgeluid als u een toets bedient.

1. Raak aan.

• Elke keer dat u aanraakt, wordt het in- en uitgeschakeld.

1. Raak aan.

1. Raak aan.

Het geluid voor de aanwijzingen wordt alleen uitgevoerd indient u het geluid (dat niet van een iPod/USB-apparaat afkomstig is) bedient.

AUX inschakelen

Schakel “AUX setting” in of uit. Indien ingeschakeld, kunt u de AUX-ingang selecteren.

1. Raak aan.

• Elke keer dat u aanraakt, wordt het in- en uitgeschakeld.

1. Raak aan.

1. Raak aan.

VTR inschakelen

VTR in- of uitschakelen. Indien ingeschakeld, kunt u de VTR-ingang selecteren.

1. Raak aan.

• Elke keer dat u aanraakt, wordt het in- en uitgeschakeld.

1. Raak aan.

1. Raak aan.

Subscherm dimmen

Indien ingesteld op “Enabled”, verandert de helderheid van het subscherm als u de lichten van de auto (flankverlichting, achterlichten, nummerplaatverlichting) inschakelt.

1. Raak aan.

• Elke keer dat u aanraakt, wordt het in- en uitgeschakeld.

1. Raak aan.

1. Raak aan.

Nachtinstelling aan koplampen koppelen

Indien “Enabled” ingesteld is, wordt het PND-display overgeschakeld op de nachtinstelling als u de verlichting van de auto inschakelt.

1. Raak aan.

• Elke keer dat u aanraakt, wordt het in- en uitgeschakeld.

1. Raak aan.

1. Raak aan.

DivX VOD-code

U kunt een registratiecode van DivX® Video On Demand weergeven.

1. Raak aan.

• De registratiecode van DivX® Video On Demand wordt weergegeven.

1. Raak aan.

Verlichting

De kleur van de verlichting kan gewijzigd worden.

1. Raak aan.

1. Raak aan.

• Elke keer dat u aanraakt, wisselt de kleur van de verlichting tussen blauw en rood.

1. Raak aan.

Spraakbegeleiding

Selecteer het rechtse of linkse spraakkanaal voor navigatie.

1. Raak aan.

1. Raak aan.

• Elke keer dat u aanraakt, wordt er geschakeld tussen het rechtse en linkse spraakkanaal voor navigatie.

1. Raak aan.

Camera-instelling

Stel de camera in op bedieningsmodus AUTO of MANUAL.

In de modus AUTO, krijgt u de beelden van de camera op het PND-display te zien als u de versnellingspook naar de positie achteruit schakelt of als u de [SCREEN AV/NAV]-toets lang indrukt. In de handmatige modus, krijgt u de beelden van de camera te zien als u de [SCREEN AV/NAV]-toets lang indrukt.

1. Raak aan.

1. Raak aan.

• Elke keer dat u aanraakt, wordt er geschakeld tussen de bedieningswijzen AUTO en MANUAL.

1. Raak aan.